Tags

, , , , ,

Zaterdag 23 september 2000, 

We hebben gegokt door laat weg te gaan en we hebben het gered. Net op tijd zitten we op onze plek in het Olympisch stadion. Een paar uur slaap was minstens zo belangrijk, dus zijn we binnen anderhalf uur vanuit het appartement tot op onze plek, we hadden geluk. De trein was erg druk, dus we moesten staan en gratis kaarten betekent dat je erg hoog zit, in dit geval zo’n 7 rijen onder de top, maar we konden niet klagen. Op het kaartje staat de prijs van 45 dollar vermeldt, wat me verbaasd omdat ik weet dat er ook 35 dollar kaarten bestaan, maar waar die dan in hemelsnaam moeten zitten (nog slechter?), blijft een vraag.

Maar ook al zitten we onoverdekt en erg hoog, we zitten ook dicht bij de ‘cauldron’, het Olympisch vuur en het zicht over het stadion is mooi. Dit is de eerste keer dat ik in het stadion kom, er schijnen er 115.000 in te kunnen, ik gok dat we net over de 100.000 halen vanochtend.

Op zich al een hele prestatie, aangezien er slechts series en voorrondes op het programma staan. We beginnen met de voorronde van het kogelslingeren en de 100 meter horden voor de dames zevenkampsters. De 5 series daarvan zijn snel voorbij, dus kunnen de allroundsters zich opmaken voor hoogspringen, terwijl het kogelslingeren doorgaat. Het is vrij saai, aangezien de cirkel waar de zwaargewichten staan aan de andere kant van het stadion is. Als de kogel eenmaal in de lucht is, is het alsof er een onzichtbare eenheid door het stadion vliegt. Je weet dat er iets is, je ziet iedereen kijken, maar waar het precies is, blijft onduidelijk. Tot de landing en je een rode kogel met een touwtje eraan over het gras zit rollen.

De zevenkampsters zijn aan onze kant begonnen met het hoogspringen, via het grote scherm krijgen we ze nu ook wat vaker in beeld. In vergelijking met de magere lange afstand loopsters, de dikke specialisten van de technische werpnummers of de extreem gespierde sprinters zijn dit met afstand de mooiste dames van de atletiek. Niet dat dat belangrijk is voor de sport, maar het helpt zeker wel als je naar het grote scherm zit te kijken.

Tussen het springen door worden ook nog de eerste series van de 800 meter gelopen. Hierin ook de enige Nederlander die we vandaag in actie zullen zien. Helaas haalt Bram het niet. Hij moest bij de eerste 3 van zijn serie zitten, of bij de snelste 5 die niet bij de eerste drie eindigden. In de langzaamste serie wordt hij in de sprint net verslagen en eindigt vierde. Binnen twee minuten zijn zijn Spelen voorbij. Sport kan hard zijn.

De ochtend duurt wel erg lang, gelukkig heb ik een krantje gekocht, zodat ik tussendoor nog wat kan lezen en op de hoogte blijf wat er zoal gebeurt in de rest van de Olympische Spelen en de rest van de wereld.

Na ruim 3 uur sport en een paar foto’s later is deze ochtend voorbij en verlaten we het stadion. Ik heb nog een ruim uur voor mijn shift begint en die gebruik ik om mijn bijdrage voor de krant te schrijven.

Ik zit weer in Jasons team en ook vandaag lopen we een tijdje doelloos, tenminste zo lijkt het, rond. Of het aan hem ligt dat we weinig doen, of dat er gewoon niet genoeg werk is voor de armada van vrijwilligers die ze hebben aangenomen is me niet duidelijk. Aan het eind van de middag verandert dat gelukkig. We worden naar het zuiden van het park gestuurd waar we een ander team mogen aflossen.

Ik krijg een megafoon in mijn handen gedrukt en mag de mensen vertellen dat ze aan de goede kant van de weg lopen en dat ze op weg zijn naar de ‘southern venues’ zoals hockey, tafeltennis, tennis en de expo, waar een groot scherm staat. Voor dat scherm was het overigens ontzettend druk, aangezien vanmiddag de finale 1500 meter vrije slag in het zwembad gezwommen werd.

Dit is DE Australische afstand, deze wordt al jaren door ze beheerst. De 2 grote favorieten zijn de titelhouder Kieren Perkens, die de eerste man zou kunnen worden die 3 olympische titels achter elkaar pakt (Alexander Popov had de eerste kunnen zijn deze week, ware het niet Pieter van den Hoogenband hem versloeg). Zijn tegenstander is het jonge talent Grant Hackett. Het zou een spannende race worden, daar was iedereen het over eens. 50.000 mensen stonden voor het scherm te kijken, de politie heeft noodgedwongen de hele expo moeten afsluiten. Ik kan het me niet voorstellen. Een heel voetbalstadion vol die naar een scherm zit te kijken met daarop een zwemwedstrijd.

Tegen de tijd dat wij er staan gaan velen van hen naar huis. De jonge uitdager versloeg de oude meester, Australië won goud en zilver, dus iedereen was tevreden. Zij die niet naar huis gaan, lopen naar een van de venues waar ze later een van de vele sporten gaan kijken. Nu het zo druk in het park is, moeten we er voor zorgen dat iedereen aan een kant van de weg blijft lopen, zodat we niet hele groepen mensen in tegengestelde richting op een weghelft hebben.

Een mooie taak voor de man met de megafoon. Ik vertel iedereen netjes aan welke kant van de weg ze moeten lopen, waar ze heen kunnen, of welke sporten zich in welk gedeelte van het park bevinden. Dat gaat een tijdje goed, maar dan gaat het me vervelen. In plaats van de standaardmededelingen waar de bus en trein vertrekken, voeg ik nu een extra trein toe, die naar Melbourne, van het niet bestaande platform 12. Er bestaat niet eens een treinverbinding geloof ik naar die stad, maar de verbaasde gezichten zijn minstens zo leuk als de lachende gezichten van degenen die het wel meteen doorhebben.

Het valt me op dat mensen beter luisteren wanneer je zo nu en dan een geintje vertelt, dus kan ik mijn fantasie laten gaan. “Voor Darwin overstappen in Alice Springs”, “Voor Wenen overstappen in München”, en “De vlucht uit Anchorage heeft een vertraging van 20 minuten maar zal nog steeds vertrekken van gate 47”. Geen mens die er iets van zegt, geen mens die zich afvraagt welk een onzin ik allemaal uitkraam.

Na het avondeten blijf ik de megafoonman. ‘Doing a goodjob”, vertelt Paul, de man die boven Justin staat. Mijn team leader verdient zo’n compliment geloof ik niet. Of hij zijn baan aankan, blijft de vraag. Ik spoor de fans in het Oranje aan tot het zingen van ‘Hup Holland Hup’, groet de Duitse en Mexicaanse fans in hun eigen taal en laat nog maar eens een trein vertrekken naar Adelaide. Aan het eind van de avond mogen we helpen op de hoek van Herb Elliot en Olympic boulevard. Oftewel het drukste kruispunt van het park. Hier komt alles samen, hier kan ook alles in de soep lopen.

Aan het eind van de dag heb ik voor het eerst dit weekend het idee dat er wat nuttigs gebeurde. Mijn aanwezigheid is toch niet voor niets.