Na de show is er een Kahoot. Leuk, doe ik op school ook wel eens. Ik pak mijn telefoon, zie dat ik al in het rood zit, weinig batterij dus, maar besluit toch mee te doen. Ik tik haar naam in, ze ziet het gebeuren, maar is te laat om te reageren. Haar naam verschijnt op het grote scherm. Ze is boos op mij. “Leuk toch, als we winnen, mag jij de prijs ophalen”, is niet de reactie die ze hoopte.
Al snel blijkt dat een quiz in het Italiaans iets lastiger is dan een ijsje of een cappuccino bestellen. Maar ik gok een paar keer goed, er volgen wat lastigere vragen, die ik toevallig weet, dus stijgen we snel. Bijna 70 deelnemers, we hebben de top 10 al gehaald. En halverwege staan we eerste. “Suus, dove e Suus”, vraagt de presentator. Naast me twijfelt ze. Ze vindt het niet leuk dat we haar naam gebruikten, maar is stiekem ook wel trots dat we al die Italiaanse vakantiegangers hebben ingehaald.
Een paar vragen later is het weer voorbij. Sardijnse specialiteiten en de correcte Italiaanse spelling voor Groenland zorgen ervoor dat we weer wegzakken. Maar even, heel even, waren we de beste.
Themaweek 119: Vakantieobservaties