Tags
Anna van der Breggen, Brazilië, Fabian Cancellara, Greg van Avermaet, Juan Martin del Potro, Olympische Spelen, Rio 2016, Sanne Wevers, tennis, themaweek, volleybal, wielrennen
7. Fabian Cancellara. Velen rekenden op Tom Dumoulin, de Zwitser heeft al een tijdje geen belangrijke wedstrijden gewonnen. Maar net op tijd, aan het eind van zijn loopbaan, richtte hij zich nog een keer op. De kroon op een carrière. Een verdiende zege. Een prachtige tijdrit, zonder twijfel de beste op die dag.
6. De Nederlandse volleybaldames speelden hun eerste wedstrijd tegen China en wonnen verrassend met 3-2 van de nummer drie van de wereld. De wedstrijd daarna wankelden de Verenigde Staten, die pas na de blessure van de Oranje aanvoerster Balkenstein – Groothues terug in de wedstrijd kwamen en op het nippertje Oranje versloegen. Twee schitterende wedstrijden, die lieten zien dat Volleybal op topniveau een van de mooiste sporten is om te zien.
5. Mart Smeets, net als Cancellara bezig met zijn laatste kunstje. En ook hij doet dat geweldig. ’s Ochtends, net na het nieuws, de mooiste wedstrijd van de nacht ervoor. Met commentaar van DeMart. Niet een laffe vijf minuten, zoals hij zo vaak kreeg voor een NBA-wedstrijd, maar gewoon een dik half uur. Omdat het kan. Omdat de fans het willen zien.
4. De meest gepassioneerde fans waren niet de Brazilianen, die soms tot vervelens toe tegen sommige sporters floten, maar de Argentijnen. Ook de sporters konden er wat van. Niet gehinderd door enige terughoudendheid, niet gestoord door een camera of een microfoon, niet vertrouwend op enige zangkwaliteiten, zongen de Argentijnen vol passie hun volkslied. Van de Leones, de hockeydames, tot de rugbyers en de handballers allemaal zonder enige twijfel voor hun land.
3. Sanne Wevers. Op de leuning van de bank stond een meisje van zeven, op een been, draaiend, een oefening mee te doen. Ze concludeerde dat ze nog veel moet leren. Sanne Wevers is een inspiratiebron voor vele jonge meisjes. En dan in een wereldsport goud winnen. Niet Hockey waar een klein dozijn landen in aanmerking komen, of zeilen waar tig landen niet eens aan denken omdat elke beschikbare boot gebruikt wordt om te vissen. Nee, gewoon goud winnen in een sport waar bijna elk land aan meedoet.
2. Juan Martin del Potro. Van wereldtopper naar jaren blessureleed en weer terug. De nummer een van de wereld, Djokovic, trof de slechtst mogelijke loting in de eerste ronde. De oude Argentijn wilde nog een keer aan de wereld laten zien dat hij het kon. Vaak zie je dat een ronde later het effect voorbij is. Nu niet. In de halve finale moest Nadal er ook aan geloven. En toen stond de nummer 141 in de finale, tegen de titelverdediger Andy Murray.
Zelden genoot ik zo van een partij tennis. Del Potro speelde geweldig. Was al halverwege de eerste set aan het eind van zijn latijn. Zes partijen in een week, het was te veel voor hem. Bijna haalde hij nog de vijfde set, maar de Schot was een stuk fitter, dat gaf de doorslag. Maar de gunst van het publiek, zelfs de Brazilianen waren op zijn hand, het overwinnen van zijn eigen tegenslagen, als het cliché van de gouden rand ooit terecht was, dan sloeg dat wel op de zilveren medaille van Del Potro.
1. Beide wegwedstrijden wielrennen. Het had gewoon alles. Een prachtig parcours met kasseien, flinke klimmen, zijwind en zware afdalingen. Een peloton dat vanaf het begin op hol sloeg, geen land sterk genoeg om het hele peloton te controleren. Het was genieten van begin tot eind. En dan ook nog eens een koersverloop dat je niet kunt bedenken. En dat tot twee keer toe. Een koploper die in het zicht van de haven strandt, een outsider die ineens in gewonnen positie ligt en de achtervolging die twijfelt maar dan toch nog terug komt. Twee fantastische dagen, spanning tot de laatste meters, twee geweldige winnaars, Greg van Avermaet en Anna van der Breggen.
Themaweek 5: Olympische Spelen