In de stad moet ik al nodig, maar ik heb geen zin om een kroeg binnen te lopen en daar wat drinken te bestellen om even de wc te kunnen gebruiken. Veel te veel tijd. Ik hou het nog wel even vol, het is ook een soort zelfbescherming. In de boekhandel blijf ik daardoor geen uren rondlopen en dus kom ik alleen thuis met een paar boeken die ik zeker wil lezen en niet met een stapel die ik wel eens zou kunnen gaan lezen.
Principieel heb ik niet zo veel tegen wildplassen, maar in de binnenstad is het toch wel lastig. Ietwat uit het zicht op een plek waar weinigen er last van hebben, lijkt me toch wel een vereiste. Gaat dus ook niet door. Gelukkig is er de trein.
Ik stap in met nog vier minuten te gaan voor vertrek. Ik zoek een rustig plekje op, met uitzicht op de wc-deur. Die drie minuten hou ik ook nog wel vol, dan heb ik van Enschede tot Drienerlo, een kort stukje, maar ik moet zo nodig, dat moet lukken. En omdat ik netjes ben opgevoed, voldoe ik aan het verzoek de wc niet te gebruiken op het station.
Ik doe mijn jas uit, zet mijn rugzakje naast me neer en pak mijn leesboek. Iemand loopt langs mij heen, komt op het balkon en kijkt in de wc. Hij zal toch niet? Ja hoor, hij gaat gewoon naar de wc. Maar goed, hij zal er zo wel uitkomen.
De trein vertrekt en de wc-deur blijft dicht. Ik lees mijn boek, maar kijk er toch ook vaak overheen, de druk op mijn blaas voelend. Ik moet in deze trein, de volgende trein heeft geen toilet. De conducteur komt langs, stempelt mijn kaartje en loopt langs de wc naar de volgende coupe. Ik besef ineens dat hij helemaal niet naar de wc hoeft (zo lang heeft niemand nodig toch?), maar dat het een zwartrijder is die gratis mee wil rijden.
In Hengelo stap ik gefrustreerd de trein uit en moet op zoek naar het openbare toilet. Dat blijkt er niet meer te zijn. Ik vermijd toiletten op stations, herinner me een oude man in Leeuwarden die zo eenzaam was dat hij aanbood met mij mee te gaan, het blauwe licht op het toilet van Hengelo, blijkbaar bedoelt om drugsgebruikers tegen te gaan, extreem smerige toiletten in Rome waarvan ik bijna over mijn nek ging. Maar ik heb geen keuze. Het blijkt niet meer gratis te kunnen bij de NS. Ook wegbezuinigd gok ik. Voor vijftig cent heb ik nu een smerige stalen constructie waarvan de ‘wc-bril’ automatisch naar beneden komt als ik nader. Voor mijn blaas maakt het niet uit. In de volgende trein zit ik wel op mijn gemak.